Elk kind is anders, elk kind is uniek

Mensen vragen mij wel eens wat ik het leukste vind aan mijn werk.
“Het werken met kinderen”, is dan mijn antwoord.
Waarom? Vanwege de ongedwongenheid, spontaniteit en verscheidenheid.
Ieder kind is anders, ieder kind is uniek.

Het is zo mooi om met kinderen te werken; het vraagt een continue aanpassing, bij elk kind en in elke situatie weer opnieuw.
Het ene kind komt verlegen binnen en kruipt het liefst bij vader of moeder op schoot.
Het andere kind vliegt op de speelgoedkast af en heeft in korte tijd de vloer bezaaid met speelgoed. 
Weer een ander kind komt al pratend binnen en blijft maar praten en vertellen, het liefst van de hak op de tak.
En het volgende kind komt binnen met net nieuw gekregen speelgoed en laat dit vol trots zien en wil er graag mee spelen.

Aanpassen aan het kind

En bij elk kind moet ik mij weer opnieuw aanpassen.
Aansluiten op de beleefwereld en de behoeften van het kind. 
Ondanks deze verschillen, is voor alle kinderen is het belangrijkste:
zich begrepen voelen en veiligheid ervaren.

Pas als een kind zich veilig voelt, kunnen we ergens aan werken en een doel bereiken.
Het aansluiten op de beleefwereld en het afstemmen op de behoeften van het kind, is dan ook van wezenlijk belang om de veiligheid te kunnen creëren die voor het kind zo belangrijk is.

Dit continue aanpassen en afstemmen bij elk kind opnieuw, houdt mijn werk zo inspirerend.
Kijken, observeren, volgen en aanpassen. Steeds opnieuw komt dit terug.

En dat is wat ik nou juist zo mooi vind aan mijn werk.
Het is nooit hetzelfde, het is nooit eentonig.
Ik kan plannen bedenken en moet deze regelmatig bijstellen.
Hierdoor blijf ik creatief en mijzelf bewust van waar ik mee bezig ben.

Elke dag is weer anders en elk kind is uniek.
En elke dag opnieuw ben ik weer ‘kind met het kind’…